00:00:05
He Sofie, wil je het antwoord?00:00:07
00:00:09
Nee hoor, dankje.00:00:11
00:00:23
Wat gebeurde er eigenlijk
na die rekentoets?00:00:26
00:00:27
Hij wilde haar het antwoord geven, maar...00:00:30
00:00:30
He, waarom wilde je
het antwoord eigenlijk niet?00:00:32
00:00:32
Ja, dan was je de beste van de klas.00:00:36
00:00:36
Sommige dingen zijn gewoon belangrijker.00:00:39
00:00:40
Zoals wat?00:00:41
00:00:41
Zoals eerlijk zijn.00:00:44
00:00:49
Kom, we gaan.00:00:51
00:00:53
Sofie, wie had er nou achtergekomen
als je het wel had gedaan?00:00:58
00:00:58
Jehovah.00:01:00
00:01:01
Maar waarom zou je naar God luisteren
als je hem niet eens kunt zien?00:01:05
00:01:05
Nou, uhm...00:01:08
00:01:15
Pap, hoe kan ik aan Nikki uitleggen
dat Jehovah bestaat?00:01:20
00:01:20
Hmm. Je ziet Jehovah niet,
maar hoe weet jij dat hij bestaat?00:01:26
00:01:26
Door de Bijbel.00:01:28
00:01:28
Maar Nikki weet nog niet zo veel
van de Bijbel.00:01:31
00:01:31
Da’s waar. Maar wat kan ze zien
waardoor ze kan weten dat God bestaat?00:01:37
00:01:37
Hmm.00:01:39
00:01:41
De schepping!00:01:43
00:01:45
Het is het laatste stukje.00:01:48
00:01:49
God heeft dit allemaal gemaakt.00:01:52
00:01:52
God heeft de hemel en de aarde gemaakt.00:01:54
00:01:55
Hij heeft ook de mensen gemaakt.00:01:57
00:01:58
Wat zijn jouw lievelingsdingen
die God gemaakt heeft?00:02:02
00:02:04
Ik hou van de zon, en van fruit...00:02:08
00:02:08
van met m’n hond spelen
en van m’n moeder!00:02:12
00:02:12
Ja!00:02:14
00:02:14
Jehovah heeft die dingen gemaakt
omdat hij van je houdt.00:02:18
00:02:18
Ook al kunnen we hem niet zien...00:02:20
00:02:20
door m’n lievelingsdingen weet ik
dat Jehovah bestaat.00:02:24
00:02:24
En daarom wil je dus
altijd naar hem luisteren!00:02:27
Waarom zou je naar God luisteren als je hem niet kunt zien?
-
Waarom zou je naar God luisteren als je hem niet kunt zien?
He Sofie, wil je het antwoord?
Nee hoor, dankje.
Wat gebeurde er eigenlijk
na die rekentoets?
Hij wilde haar het antwoord geven, maar...
He, waarom wilde je
het antwoord eigenlijk niet?
Ja, dan was je de beste van de klas.
Sommige dingen zijn gewoon belangrijker.
Zoals wat?
Zoals eerlijk zijn.
Kom, we gaan.
Sofie, wie had er nou achtergekomen
als je het wel had gedaan?
Jehovah.
Maar waarom zou je naar God luisteren
als je hem niet eens kunt zien?
Nou, uhm...
Pap, hoe kan ik aan Nikki uitleggen
dat Jehovah bestaat?
Hmm. Je ziet Jehovah niet,
maar hoe weet jij dat hij bestaat?
Door de Bijbel.
Maar Nikki weet nog niet zo veel
van de Bijbel.
Da’s waar. Maar wat kan ze zien
waardoor ze kan weten dat God bestaat?
Hmm.
De schepping!
Het is het laatste stukje.
God heeft dit allemaal gemaakt.
God heeft de hemel en de aarde gemaakt.
Hij heeft ook de mensen gemaakt.
Wat zijn jouw lievelingsdingen
die God gemaakt heeft?
Ik hou van de zon, en van fruit...
van met m’n hond spelen
en van m’n moeder!
Ja!
Jehovah heeft die dingen gemaakt
omdat hij van je houdt.
Ook al kunnen we hem niet zien...
door m’n lievelingsdingen weet ik
dat Jehovah bestaat.
En daarom wil je dus
altijd naar hem luisteren!
-